Opvoedgedrag van leidsters van verschillende etniciteit

De reconstructie van ideeën over autonomie en verbondenheid in de kinderopvang: etnisch-culturele verschillen tussen leidsters

Het onderzoeksproject betreft een dieptestudie naar de opvoedingsideeën en socialisatiedoelen van opvoeders in kinderopvangcentra vanuit een dynamisch perspectief. Centraal staat de vraag hoe leidsters van verschillende etnisch-culturele herkomst algemene opvoedingsideeën en opvoedingsdoelen die voor de kinderopvangsector gelden, reconstrueren tot persoonlijke opvoedingsideeën en toepassen in hun opvoedingsgedrag.

Enkele kernbegrippen uit het onderzoek
Een kernthema in cross-cultureel pedagogisch onderzoek is het onderscheid tussen individualistische en collectivistische opvoedingsideeën. Vertaald naar kinderen in de voorschoolse leeftijd is dit het ‘autonomie’ versus ‘interdependentie’. Een belangrijke vraag is hoe leidsters in de kinderopvang begrippen als veiligheid, autonomie en stimulering in hun dagelijkse werk met kinderen reconstrueren en integreren met andere, deels concurrerende culturele opvoedingsideeën over interdependentie, samenwerking en verantwoordelijkheid, en hoe hun persoonlijke reconstructies in hun dagelijkse activiteiten met de groep, met name in hun interactiegedrag, worden geïnstantieerd.

Belang
Inzicht hierin is van belang voor verbetering van kwaliteitszorgsystemen in de kinderopvang, waaronder ook nascholings- en begeleiding. Hierbij is de positie van allochtone leidsters in het bijzonder interessant, omdat verwacht wordt dat zij vanuit hun culturele achtergrond meer spanningen zullen ervaren tussen het officiële kwaliteitsconcept en de eigen culturele opvoedingsideeën. Bovendien valt te verwachten dat door demografische ontwikkelingen het aantal leidsters van allochtone afkomst - met name Marokkaanse, Surinaamse en Turkse afkomst - in de dagopvang en naschoolse opvang de komende jaren sterk zal toenemen.

Publicaties
De gegevens worden gerapporteerd in de vorm van artikelen in internationale tijdschriften en een Engelstalig proefschrift. Het project zal in het voorjaar van 2007 worden voltooid.

Contactpersoon
mw. drs. S.K. Huijbregts, S.K.Huijbregts@uva.nl
Begeleiders: prof. dr. P.P.M. Leseman, prof. dr. L.W.C. Tavecchio